Conclusie
Reeds in haar ontstaansmythe streed Antwerpen voor de vrije Scheldevaart. Dat verhaal, geboren uit echte conflicten, maakte de band tussen de stad en de rivier bijna vanzelfsprekend. Het jonge België maakte daar dankbaar gebruik van om zichzelf te legitimeren – en dat lukte. De Antwerpse politieke elite werkte hier graag aan mee, zeker omdat België vanaf het begin de Scheldetol betaalde én die in 1863 definitief afkocht.
Die afkoop was echter geen puur Belgische prestatie: maar liefst 26 staten droegen bij.1De participatie van al die staten verzekerde de Belgische soevereiniteit over de Schelde én bevestigde opnieuw de internationale erkenning van het jonge koninkrijk.
De nationale claim op de Antwerpse geschiedenis klinkt onder meer door in het anachronistische discours van Charles de Broqueville, minister van Oorlog. In zijn redevoering maakte hij van de geschiedenis van Antwerpen en de Schelde een hoofdstuk in de Belgische geschiedenis – alsof België al vóór 1830 had bestaan.
De Antwerpse Kamer van Koophandel draaide die nationale claim handig in haar voordeel. Voorzitter Corty benadrukte het belang van de haven voor de natie, en koppelde dat aan concrete ambities:
“Wanneer Antwerpen in 1920 landgenooten en vreemde natiën op zijn derde wereldtentoonstelling zal verwelkomen, is het onze innige hoop hun een Antwerpen te toonen groot en bekwaam genoeg om meer en meer te voorzien in de welvaart en den economischen vooruitgang van het vaderland.”2
Het stadsbestuur onder burgemeester De Wael gebruikte die nationale claim om haar eigen versie van het Scheldeverhaal te verankeren. In die lezing was er geen plaats voor een uitgesproken rol voor katholieken in de geschiedenis van Antwerpen en in de Antwerpse identiteit. Of die strategie er echt in slaagde om Antwerpenaren anders te doen kijken naar de katholieken, blijft de vraag. Maar waar het wel succesvol in is geweest, is het liberale verhaal van de Schelde als vanzelfsprekend te doen klinken. Tijdens schooluitstapjes bijvoorbeeld wordt bij standbeelden doorgaans het verhaal van het beeld verteld – maar zelden het verhaal óver het beeld. Precies dat is wat deze digitale tentoonstelling heeft gepoogd te doen.